Procedure van vrijstellings-aanvraag
Vrijstellingen worden schriftelijk aangevraagd via de secretaris van de Examencommissie. Aanvragers hebben vooraf overleg met hun mentor/tutor over de haalbaarheid van een aanvraag. De aanvraag is voorzien van een aanbeveling dan wel commentaar van de mentor/tutor en eventueel een vakdeskundige. Aanvragen dienen tenminste te voldoen aan het volgende:
- Alle vrijstellingen worden in één keer en vóór 1 december van een studiejaar worden aangevraagd;
- Naam, studentnummer, vak, deeltijd/voltijd, jaar van inschrijving;
- Telefoonnummer en/of emailadres;
- Duidelijke aanduiding van vrij te stellen onderdelen;
- Argumenten en (kopieën van) relevante documenten
De secretaris van de Examencommissie deelt de student schriftelijk mee of er gehele of gedeeltelijke vrijstelling verleend is. De mentor/tutor krijgt een kopie van deze brief. De secretaris handelt de vrijstelling administratief af en zorgt voor registratie van de studiepunten in het studentenvolgsysteem.
De student kan bij de Examencommissie bezwaar maken tegen de uitspraak en om heroverweging vragen. Na de tweede beslissing van de Examencommissie kan de student in beroep gaan bij het College van Beroep.