In het begin van HAVO 4 gaf ik bij wiskunde B altijd twee 'instaptoetsen'. Naar mijn idee waren er in de onderbouw altijd 2 belangrijke leerlijnen: 'het oplossen van vergelijkingen' en 'gelijkvormigheid'. De opgaven van deze toetsen heb ik later verwerkt in onderstaande oefeningen:
Ik dacht toen dat, als een leerling dit soort opgaven niet zou kunnen maken dat zo'n leerling, zonder extra inspanningen, niet erg veel kans zou hebben om wiskunde B te gaan halen. Ik bedoel, als je dat niet kan, wat kan je dan wel? En zeker voor wiskunde B12 mogen dit soort 'sommetjes' toch echt geen probleem zijn. Dus was er op z'n minst 'werk aan de winkel'.
Bij de uitgangspunten van Het ReAL project lees ik:
"Uitgangspunt is het ontwikkelen van concrete doorlopende leerlijnen voor de onderbouw van het VO op basis van conceptuele netwerken. Deze conceptuele netwerken wortelen in het rekenen."
Ik weet niet precies waar dat over gaat of wat er nu precies bedoeld wordt, maar als die 'toets' daar dan het resultaat van is, dan zou ik daar toch ook zo mijn bedenkingen bij hebben, geloof ik. Ik vind dat 'onthutsend' nog heel zwak uitgedrukt... Je moet maar 's kijken. Aanschouw en huiver.
26-6-2007 00:48:30
Tja daar zakt je de broek van af. Maar als je de huidige wiskunde methoden bekijkt (volgens FI concept) dan is daarin de wiskundige correctheid ver te zoeken. Dat doet mij denken aan de wiskundeleraar van mijn dochter. In een SE toets van mijn dochter keurde hij het aantonen van afhankelijkheid van twee kenmerken met behulp van een kruistabel af omdat hij niet bekend was met deze (overigens helemaal juiste) methode. In haar PO keurde hij ook nog eens een "verlichtingscurve" af die helemaal correct was. Laat de goede man nou net enkele weken geleden bij het FI gesolliciteerd hebben. Het zal geen toeval zijn :-)
Door: JaDeX
26-6-2007 03:03:36
O jee... het wordt met de dag gekker...:-)
Door: Naschrift
Geef een reactie op dit bericht